„We moeten pleiten voor meer groene open ruimtes“

Er is een groot potentieel aan groen in stedelijke gebieden, maar dit wordt niet volledig benut. Hier komt Vestre met haar buitenmeubilair om de hoek kijken. In een interview met Julia Pültz, commercieel directeur Centraal-Europa bij Vestre, wordt al snel duidelijk waar de fabrikant van straatmeubilair voor staat.

Julia Pültz, klimaatadaptatie en klimaatbescherming zijn wereldwijd politieke modewoorden geworden. Hoe belangrijk denkt u dat klimaatadaptatie en klimaatbescherming werkelijk zijn in de internationale politiek en in het stadsbestuur? Wat is uw indruk?

Het is goed dat we beginnen te praten over klimaatuitdagingen in het algemeen. Het is niet langer mogelijk om er niet over te communiceren. Daarom moeten ze bovenaan de politieke agenda staan, al was het maar vanwege de publieke druk. Het werkelijke belang en de bijbehorende bereidheid om te investeren verschilt echter sterk van regio tot regio. Sommige steden en landen hebben aanzienlijke vooruitgang geboekt en nemen hun verplichtingen serieus om de doelstelling van 1,5 graad van de Overeenkomst van Parijs te halen en een leefbare omgeving te creëren die is aangepast aan de nieuwe omstandigheden.

Dit omvat het creëren van sociaal duurzame ontmoetingsplaatsen die een positieve invloed hebben op het stadsklimaat door het bevorderen van autovrije zones, het verminderen van bodemafdekking en het ondersteunen van biodiversiteit door groene ruimten en beplanting.

Dergelijke ruimten bevorderen de gemeenschap, verbeteren de levenskwaliteit en dragen bij aan klimaatbestendigheid. Het is belangrijk dat beleidsmakers en stadsbesturen dit holistische perspectief hanteren en actief investeren in projecten die zowel ecologische als sociale voordelen opleveren.

Welke projecten en strategieën moeten de politiek en de samenleving absoluut aanpakken om de klimaatverandering in de stad daadwerkelijk tegen te gaan? Hoe zou je die prioriteren?

Dat is een gewaagde vraag, Theresa! Wat al mijn punten gemeen hebben is de behoefte aan sterke politieke betrokkenheid en de behoefte aan nauwe samenwerking tussen overheden, het maatschappelijk middenveld en de particuliere sector. In het algemeen gaat het om decarbonisatie en het vinden van koolstofarme oplossingen, beter materiaalbeheer met circulaire oplossingen en het vergemakkelijken van mobiliteit met kleinere voetafdrukken.

Bijvoorbeeld:

Energie-efficiënte renovatie van gebouwen: energie-efficiënte maatregelen en het gebruik van hernieuwbare energie zijn nu meestal een integraal onderdeel van duurzame stadsplanning. Voor mij is het concept van urban mining echter essentieel. We moeten deze extra stap internaliseren als een volledig normale houding en gebouwen zien als materiaalopslagplaatsen. Urban mining maakt de winning en het hergebruik van grondstoffen uit bestaande gebouwen en stedelijke infrastructuur mogelijk. Platforms zoals Concular bevorderen het efficiënte hergebruik van materialen uit sloopprojecten.

Groene infrastructuur in stedelijke gebieden bevorderen: Parken, groene daken en verticale tuinen dragen aanzienlijk bij aan het verminderen van stedelijke hitte-eilanden en het verbeteren van de luchtkwaliteit. Groene infrastructuur vergroot de biodiversiteit, slaat CO2 op en biedt waardevolle recreatiegebieden voor de bevolking. Ze bevorderen ook de sociale interactie en het welzijn van stadsbewoners.

Duurzame mobiliteit: Investeringen in openbaar vervoer, de uitbreiding van fietspaden en het creëren van voetgangerszones zijn cruciaal voor het verminderen van CO2. Het concept van autovrije steden/wijken en de bevordering van gedeelde mobiliteit dragen ook bij aan de gewenste vermindering van het privévervoer.

In het onlangs gepubliceerde Vestre Impact Report 2023 is een concreet decarbonisatieplan voor het bedrijf vastgelegd. Uw doel is om in de toekomst bekend te staan als de meest duurzame straatmeubelfabrikant ter wereld. Hoe ver zijn jullie van dit doel verwijderd?

Het Impact Report voor 2023 toont een tussentijdse status van onze reis naar decarbonisatie en onze Vestre Vision Zero en beschrijft eerlijk en transparant ons concrete en realistische plan tot 2030 en daarna.

Meer dan 98 procent van onze emissies zijn indirect en vallen buiten onze directe controle, maar binnen onze waardeketen. Voorbeelden hiervan zijn ingekochte grondstoffen en transport naar onze klanten. We hebben al aanzienlijke vooruitgang geboekt met onze leveranciers en dienstverleners, waaronder de introductie van HVO-diesel voor transport, vrachtwagens op biogas en de acceptatie van de eerste partijen fossielvrij staal. Veel van de technologische vooruitgang, zoals fossielvrij staal (FFS) en de elektrificatie van transport, zal in de tweede helft van dit decennium plaatsvinden. De andere belangrijke pijler van het plan is onze overgang naar een circulaire economie, Vestre Vision Zero.

Onze Vision Zero is erop gericht om alle Vestre-producten eeuwig mee te laten gaan door middel van hoogwaardige fabricage, onderhoud, reparatie en renovatie.

Onze inspanningen op het gebied van transparantie en traceerbaarheid zijn cruciaal en we zijn ervan overtuigd dat we door voortdurende innovatie en samenwerking ons ambitieuze doel zullen bereiken.

In tegenstelling tot bijna elk ander bedrijf creëert Vestre met haar werk echt duurzame en aantrekkelijke open ruimten. Juist de open ruimte komt door de voortschrijdende verstedelijking steeds meer onder druk te staan. Waar ziet u nog ruimte voor open ruimtes in de stad van de toekomst? Moeten we creatiever worden in stedelijk ontwerp?

Ik denk dat we als bevolking veel resoluter moeten zijn in onze verdediging van groene open ruimtes om gehoord te worden door het stadsbestuur en gesteund te worden door politici. Natuurlijk vereist dit een zekere mate van flexibiliteit en, voor sommigen, afzien of heroverweging.

Als de „nieuwe mobiliteit“ consequent wordt gepromoot, geïmplementeerd en geaccepteerd door de bevolking, hebben onze steden een enorm potentieel aan groene ruimten en ontmoetingsplaatsen in de buitenlucht. Het ligt letterlijk op straat. Parkeerplaatsen en zelfs hele rijbanen kunnen worden omgetoverd tot groene oases en fietspaden. Daarnaast bieden daken en gevels ruimte voor stadstuinen en kunnen ongebruikte gebieden tijdelijk worden gebruikt als gemeenschapstuinen of evenementenlocaties.

In Scandinavië is het ook gebruikelijk om schoolpleinen na schooltijd te gebruiken als parken en ontmoetingsplaatsen voor alle generaties. Dit 24/7 gebruik wordt ook weerspiegeld in het onderhoud en de kwaliteit van het ontwerp van deze gebieden. Doordachte zonering, beplanting en meubilair creëren een op behoeften gebaseerde verdeling van plekken om te delen/leren, spelen en rusten. Dit past goed bij de missie van Vestre om sociale ontmoetingsplekken te creëren. Ons doel is om op een dag de netto sociale winst van dergelijke buurtontmoetingsplekken te kunnen aantonen, zowel op het gebied van fysieke als mentale gezondheid.

Het park voor de glazen gevel van onze fabriek „The Plus“ in Magnor, Noorwegen, is voor iedereen toegankelijk, net als het dakterras van het gebouw. Misschien een impuls voor meer openheid en toegankelijkheid van privé-/bedrijfsruimten?

Julia Pültz leidt als directeur de Europese activiteiten van Vestre GmbH en heeft als lid van de Impact Council invloed op de strategische koers van de onderneming. Haar vroegere functie als directielid van een internationaal tijdschrift voor architectuur en bouwdetails onderstreept haar aanwezigheid in de branche. Met meer dan 20 jaar ervaring in marketing en sales, voornamelijk voor fabrikanten van bouwproducten, en in een strategische operationele rol bij een SCHÜCO start-up, brengt ze uitgebreide kennis en een diep begrip van de grote impact en uitdagingen van deze industrie met zich mee. Een centraal aandachtspunt van Julia Pültz is het bevorderen van de circulariteit van grondstoffen en het creëren van integratieve sociale ontmoetingsplaatsen om hun positieve effecten op mens en milieu tastbaar te maken.

Vestre gelooft in de kracht van ontmoetingsplekken in de buitenlucht en staat al meer dan 75 jaar synoniem voor duurzaam buitenmeubilair van hoge kwaliteit. Vandaag de dag is Vestre de grootste producent van straatmeubilair in Noorwegen.

In hun streven naar duurzaamheid gebruikt Vestre lokaal ingekochte materialen en controleert al ongeveer 90% van de waardeketen. In Magnor, Noorwegen, staat „The Plus“, de meest milieuvriendelijke meubelfabriek ter wereld. De staalfabriek en de oppervlaktebehandeling van Vestre bevinden zich in Torsby, Zweden.

Vestre streeft ernaar producten te ontwikkelen die een leven lang meegaan.
De producten van Vestre hebben bijvoorbeeld een levenslange garantie op roestbescherming – een belangrijk aspect van de duurzaamheidsfilosofie van het bedrijf.

In samenwerking met gerenommeerde ontwerpers verlegt Vestre steeds weer de grenzen van design, duurzaamheid en functionaliteit.

Vestre is een meubelbedrijf en toch zoveel meer: een gemeenschap van denkers, ontwerpers en milieuactivisten.
Met haar innovaties wil Vestre anderen inspireren om beslissingen te nemen ten gunste van het milieu, omdat ze denken: Iedereen kan de wereld veranderen – op zijn minst een beetje.

www.vestre.com

Dit interview maakt deel uit van het initiatief Beat the Heat, dat Vestre ondersteunt. Lees hier meer over Beat the Heat.