21.05.2025

Samenleving

Ontwerpgericht onderzoek in creatieve disciplines

Ontwerpgebaseerd onderzoek, Prof. Jurgen Weidinger, TU Berlijn, 03.12.2014

Recentelijk hebben ontwerpdisciplines, waaronder landschapsarchitectuur, zich opnieuw en in toenemende mate afgevraagd of en hoe ontwerp kan worden gecategoriseerd binnen het spectrum van wetenschappelijke activiteiten. De redenen voor deze vraag zijn al uitvoerig besproken; de meeste zijn banaal: Met name de strijd om financiering door derden, sollicitanten voor studenten, interne universitaire diploma’s en samenwerkingspartners veronderstelt dat ontwerpen in wetenschappelijke termen kan worden beschreven. Wat op het eerste gezicht vervelend lijkt voor ontwerpers, is eigenlijk heel zinnig: ontwerpers aan universiteiten moeten zich daarom meer dan ooit verantwoorden, soms zelfs mensen buiten het vakgebied informeren en in elk geval reflecteren op hun acties.

Jürgen Weidinger, hoofd van de afdeling Building Design aan de TU Berlijn, leidt deze reflectie. Dit is te zien in de bundel „Entwurfsbasiert forschen“, die vorig jaar werd gepubliceerd. Vijf hoofdstukken bevatten bijdragen van ontwerpers en theoretici zoals Wolfgang Jonas, Wolfgang Schäffner, Achim Hahn, Günther Vogt, Andre Kempe, Norbert Palz, Mike Schlaich, Volker Schmid en Jürgen Weidinger. In het tweede hoofdstuk, „Design en wetenschap“, gaat Wolfgang Schäffner in op vormen van onderzoek van erkende ’soorten‘ wetenschap – bijvoorbeeld die van de natuurwetenschappen en geesteswetenschappen. Hij benadrukt ook iets dat voor ontwerpers vanzelfsprekend is: „Onderzoek is allesbehalve een gereguleerde activiteit waarvan de stappen even duidelijk als herhaalbaar zijn. Het toeval, de vondst en ook het ongerichte zoeken, trial & error zijn geen toevalligheden in de regels van het onderzoek, maar komen altijd voor als het gaat om iets nieuws, om onderzoek in de ware zin van het woord.“ (p. 62) (p. 62) Voor Schäffner is ontwerpen dus niet alleen een vorm van onderzoek, maar hij herkent ook een ontwerpkarakter in het werk van de natuur- en geesteswetenschappen. Dit wordt vooral uitgedaagd in het „laboratorium“, waar iets wordt uitgeprobeerd en het in het begin niet duidelijk is wat er precies uit zal komen. Dit is het dagelijks leven voor ontwerpers. Dit wordt bijvoorbeeld duidelijk in de bijdrage van Günther Vogt in het derde hoofdstuk „Sferen ontwerpen“: met behulp van hulpmiddelen zoals schetsen, diagrammen en modellen begint het bureau aan een reis naar het min of meer onbekende. Beginnend met een analyse van de locatie en eerste studies, ontwikkelt de ontwerper uiteindelijk voorstellen voor de locatie. Het eindresultaat zijn niet alleen concepten op papier, maar aangepaste plekken. Schäffners verwijzing naar het begrip „ontwerp“ is hier nuttig, omdat het beter uitdrukt dat er aan het einde van het ontwerpproces een „vorm“ is, niet alleen een concept. In het vierde hoofdstuk, „Ontwerpen en construeren“, wordt het experimentele proces van het vinden van de „Gestalt“ bijzonder duidelijk, bijvoorbeeld wanneer brugconstructies in het model worden gesimuleerd. Het volume wordt afgesloten met „Onderzoeksrapporten“, waarin promovendi de resultaten van hun onderzoek presenteren.

Praktiserende ontwerpers zullen hun werkmethoden beschreven vinden in het boek en zullen verbaasd zijn dat geesteswetenschappers ook geïnteresseerd zijn in hun werk. Dit zou ontwerpers aan universiteiten en in de praktijk moeten aanmoedigen om de dialoog te zoeken met zowel de geesteswetenschappen als de natuurwetenschappen. Deze dialoog zou niet alleen kunnen leiden tot een beter wederzijds begrip, maar ook tot iets nieuws dat misschien toekomstige open ruimtes zal verrijken, maar waarvan nu nog niet gezegd kan worden wat en hoe het zal zijn.

Weidinger, Jürgen (red.): Ontwerpgebaseerd onderzoek. Berlijn 2014.
ISBN 978-3-7983-2652-1, 15 euro
http://www.ub.tu-berlin.de/universitaetsverlag-und-hochschulschriften/verlagsprogramm/isbn/978-3-7983-2652-1/

Vorig artikel

Volgend artikel

Misschien vind je het ook leuk

Nach oben scrollen