Het gebouw dat ik tot het einde heb bewaard, ligt in een industriegebied aan de noordoostelijke haven en is Europa’s grootste biomassa, een warmtekrachtcentrale. Urban Design, in samenwerking met Gottlieb Paludan Architects, ontwierp en ontwikkelde het „Värtaverket“ project.
Ik fietste er elke dag langs en ik denk dat ik het nu in alle mogelijke weersomstandigheden en op elk moment van de dag heb gezien. Het valt meteen op.
Het unieke aan het gebouw is de gevel. Het verdeelt het grote volume van het gebouw en de verticale terracotta elementen geven het een gelijkmatig ritme. De keramische gevel is overduidelijk een verwijzing naar de bestaande bakstenen gebouwen uit het begin van de 20e eeuw.
Door dit project en een ander industrieel project in hetzelfde gebied – waaraan ik deelnam in de eerste ontwikkelingsfase – realiseerde ik me voor het eerst hoe belangrijk het is om elke stap in het bouwproces met zorg en aandacht voor detail uit te voeren, zelfs als het „slechts“ om een functioneel industrieel gebouw gaat. Waarde kan op verschillende niveaus en voor iedereen worden gecreëerd – voor de klant, voor het milieu, de stedelijke ruimte, de buurt en natuurlijk voor de mensen die er elke dag langs lopen.
Het is onze verantwoordelijkheid als goede architecten en burgers om er altijd naar te streven onze omgeving die kwaliteit te geven. Dat is wat ik heb meegenomen na zes maanden werken bij Urban Design en wonen in de zich snel ontwikkelende stad Stockholm.
De Baumeister Academy is een stageproject van het architectuurtijdschrift Baumeister en wordt ondersteund door GRAPHISOFT en BAU 2019.