De Kubuswoningen in Rotterdam zijn een van de bezienswaardigheden van de stad. Wat het wooncomplex van de Nederlandse architect Piet Blom zo bijzonder maakt, is dat ze bestaan uit kubussen die 45 graden gedraaid zijn. Lees hier meer over het project en hoe ze vandaag de dag worden gebruikt.

De kubuswoningen in Rotterdam overbruggen een drukke weg. Afbeelding bron: Pxfuel
De architectuur van de kubuswoningen
De Nederlandse architect Piet Blom (1934-1999) staat bekend om zijn kubusvormige gebouwen die op een hoek staan. In Helmond en Rotterdam staan twee door hem ontworpen gebouwencomplexen die bestaan uit modulaire constructies. Vooral de kubuswoningen of„Kubuswoningen“ in Rotterdam zijn bekend.
Volgens de eerste ontwerpen uit 1972 zag Piet Blom de woningen als bomen met een soort stam voor verticale ontsluiting. De wooneenheid stelt de kruin van de boom voor. Elke „stam“ heeft een zeshoekige plattegrond met drie kolommen van gewapend beton. Op de begane grond van de wooneenheden bevindt zich een berging en een buitentrap leidt naar de eigenlijke ingang, die hoger ligt. In sommige varianten bevindt de trap zich in de gebouwen of wordt hij gedeeld door meerdere gebouwen.
De kubusvormige gebouwen hebben een randlengte van 7,5 meter. Ze zijn gekanteld en staan op een hoek, wat betekent dat drie zijden naar beneden gericht zijn en drie naar boven – volgens Blom het „straathuis“ en het „hemelhuis“. Elke kubus heeft een vloeroppervlak van ongeveer 100 vierkante meter. Er zijn drie verdiepingen aan elke kant: de woon- en eetkamer en keuken, een kantoor of hobbykamer en een badkamer bevinden zich onderaan. Op de middelste verdieping zijn twee slaapkamers en een grotere badkamer. En boven is er een piramidevormige kamer met ramen in alle richtingen, die dienst doet als serre.

Het kubusbos in Rotterdam
Het Kubuswoningen complex in Rotterdam is de grootste verzameling kubuswoningen van Piet Blom. Hij zag de groep gebouwen als een dorp of bos en wilde een duidelijk afgebakende eenheid in de stad. In 1978 maakte Blom de eerste ontwerpen voor de oorspronkelijke 74 kubuswoningen en een cultureel centrum. Het programma werd teruggeschroefd en had aanvankelijk te kampen met financiële problemen. In 1984 waren de 51 geplande kubussen klaar, waarvan er drie groter waren dan de standaardafmetingen die de architect oorspronkelijk had ontwikkeld.
38 van de kubuswoningen in Rotterdam zijn wooneenheden. De rest is van een school of doet dienst als winkel. Op het promenadeniveau bevinden zich in totaal 14 winkels, een restaurant en andere commerciële ruimten. Er is ook een kinderspeelplaats. Een van de wooneenheden, genaamd „Kijk-Kubus“, is opengesteld voor het publiek als museum. Samen met de Blaaktorenflat, die ook door Blom is ontworpen, vormen de kubuswoningen een stedelijk ensemble.
De groep gebouwen overspant een drukke weg en dient dus ook als voetgangersbrug. De onderste laag is openbaar toegankelijk, terwijl de verdiepingen erboven privé zijn. De wooneenheden waren al verkocht voordat ze werden opgeleverd. In 1997 en 1998 werden grote renovatiewerkzaamheden uitgevoerd om de daken en ramen te vervangen.

Meer kubuswoningen
De structuralistische ontwerpen van Piet Blom zijn internationaal erkend en populair. Naast het ensemble in Rotterdam ontwierp hij ook een groep gebouwen in Helmond. Er zijn 21 kubuswoningen gegroepeerd rond een cultureel centrum.
In de jaren 1990 kocht Ben Kutner, een architect uit Ottawa, de rechten op het ontwerp van Blom. In 1996 liet hij een voorbeeldwoning bouwen in Toronto. Het zou later worden geïntegreerd in een groot woonproject in een andere wijk, maar er werden niet genoeg investeerders gevonden. Kutner woonde daarom lange tijd zelf in het gebouw.