De Fondazione Benetton Studi Ricerche heeft voor de 25e keer de Premio Internazionale Carlo Scarpa per il Giardino uitgereikt. Dit jaar werden de gehuchten Osmače en Brežani in Bosnië-Herzegovina, die deel uitmaken van Srebrenica, geëerd. Over etnische grenzen heen worden daar dorpen herbouwd en wordt de landbouw nieuw leven ingeblazen.
De Benetton Foundation werd opgericht in 1987 en de prijs die is opgedragen aan Carlo Scarpa is een van de meest in het oog springende activiteiten, vanaf het begin geleid door Domenico Luciani. De criteria voor de prijs zijn niet eenvoudig te begrijpen als je kijkt naar de lijst van plaatsen die tot nu toe zijn onderscheiden. Noch expressieve architectuur in de geest van Carlo Scarpa, noch tuinen met een klassieke definitie staan altijd in het middelpunt van de belangstelling; de eerste prijs in 1990, die ging naar Roberto Burle Marx’s Sitio in Rio de Janeiro, kwam het dichtst in de buurt.
De beslissingen van de jury zijn gebaseerd op de fundamentele houding dat veranderingen in het landschap onvermijdelijk zijn en dat inspanningen gericht moeten zijn op nieuw leven met behoud van het karakter van de habitat. De stichting gebruikt het Italiaanse woord governo en het Engelse stewardship, dat mogelijk overeenkomt met het Duitse Verantwortung. Er is waarschijnlijk geen wetenschappelijke definitie van rentmeesterschap van het landschap die wetenschap, technologie, vakmanschap en meer omvat, schrijft Domenico Luciani. Het gaat om het creëren van iets nieuws met behoud van het culturele erfgoed en het vinden van een balans tussen bescherming en vernieuwing.
Dit maakt de keuze voor de Carlo Scarpa Award van dit jaar begrijpelijk. Op 10 mei namen Muhamed Avdić en Velibor Rankić in Treviso, het hoofdkantoor van de Benetton Foundation, de prijs in ontvangst namens Osmače en Brežani. De gehuchten liggen in het oosten van Bosnië op een plateau boven de stad Srebrenica, waartoe ze behoren. Het gebied wordt gekenmerkt door diep ingesneden valleien zoals die van de Drina, die altijd een belangrijke rol heeft gespeeld in de geschiedenis van de Balkan. Hier, net als in veel andere regio’s van Bosnië, leefden vele etniciteiten en culturen eeuwenlang samen als buren, totdat de Bosnische oorlog twee decennia geleden alles uit elkaar scheurde. Na jaren van ballingschap keerden de eerste mensen in 2002 terug naar hun verwoeste dorpen.
De jury van de Carlo Scarpa-prijs verwijst naar de in 1995 overleden Zuid-Tiroler Alexander Langer, die in een essay de theoretische en praktische basis schetste voor de „weg terug“, die loopt via kleine groepen mensen van verschillende etnische afkomst die, net als pionierplanten, proberen weer samen te leven. Met de steun van de Langer Foundation kwamen jonge mensen samen in een informele groep die ze „Adopteer Srebrenica“ noemden. Daar konden ze een dialoog aangaan over de toekomst van hun thuisland.
In eerste instantie keerden tien families terug naar hun dorpen, herbouwden hun huizen en maakten het land na 20 jaar weer bruikbaar. Ondersteuning werd geboden door de organisatie „Boeren zonder grenzen“ uit Padua. Boekweit werd geïntroduceerd als een geschikt gewas voor de regio en de marketing ervan werd georganiseerd.
De jury kende de Premio Carlo Scarpa toe aan de twee dorpen voor het netwerk van reflecties en acties die hand in hand gingen met de interculturele herkolonisatie van het land. De prijs is opgedragen aan de mensen die zich hun oude thuisland na oorlog en ontheemding opnieuw hebben toegeëigend.